Cao biedt ruimte voor sport en hobby’s
De uren voor duurzame inzetbaarheid kun je als leraar breed inzetten als je onder de cao primair onderwijs valt. Veel collega’s zijn hier niet van op de hoogte, ziet AOb-onderhandelaar Anton Bodegraven. “Ze kunnen zich niet voorstellen dat je in de baas zijn tijd mag hardlopen.”

Vso-docent Wilbert Bekkema (45) begon met een wandeling en rent nu wekelijks 60 tot 70 kilometer. Beeld: Herman Engbers
Alle leraren in het primair onderwijs hebben 123 uur per jaar in de jaartaak die ze kunnen besteden aan duurzame inzetbaarheid en individuele professionalisering. Hierbij hoort een jaarlijks budget van 525 euro. Sinds dit jaar zijn deze twee posten, de 40 uur voor duurzame inzetbaarheid en 83 uur voor individuele professionalisering, samengevoegd. “Werknemers hebben zo meer autonomie en mogelijkheden om deze uren naar eigen inzicht in te zetten”, zegt AOb-bestuurder Anton Bodegraven.
‘Dankzij de fitness ga ik ontspannen naar huis’
Gymdocent Django van der Landen (32) doet elke dinsdag en woensdag tussen half 4 en half 5 ‘een rondje’ fitness.
Gymdocent Django van der Landen
Breed interpreteren
Als onderhandelaar over de cao krijgt Bodegraven over dit punt altijd vragen. “Veel mensen vinden het onduidelijk waaraan je deze uren kunt besteden en ze zien veel verschillen. Dat is logisch, want iedereen vult het naar eigen wens in, dat is de bedoeling van deze cao-afspraak. Ik zie vaak dat werknemers zich niet kunnen voorstellen dat je in de baas zijn tijd dus daadwerkelijk mag hardlopen of schilderen, maar dat mag als dit jou goed aan het werkt houdt.”
Je moet deze cao-afspraak, opgenomen in artikel 9.4 van de cao-po, breed interpreteren. En er zijn schoolbesturen die dat al jaren doen. Zoals Eduvier, een scholengroep voor (voortgezet) speciaal (basis)onderwijs in Flevoland.
Leidinggevende Niels Krol stimuleert zijn werknemers de uren in te vullen om bijvoorbeeld een sport uit te oefenen. “Wij stellen de vraag aan onze werknemers: wat maakt jou duurzaam? Voor sommige collega’s is dat meer begeleiding of meer tijd voor het voor-en nawerk. Anderen kiezen om te sporten en daar is onderling begrip voor van collega’s. Het gaat over vertrouwen.”
Wij stellen de vraag aan onze werknemers: wat maakt jou duurzaam
Onterechte suggestie
Leerkracht Jord Steen, werkzaam op de Antoniusschool, ziet juist dat er vaak niks gebeurt met de uren voor duurzame inzetbaarheid. Hij kent geen situaties, ook niet op scholen waar hij eerder werkte of bij bevriende leraren, waar er met deze uren iets uitkomt wat iemand echt helpt. “Als een directie al vindt dat het echt ingevuld moet worden, dan wordt het echt zoeken naar iets wat ‘mag’ volgens de regels, wat nuttig genoeg is volgens de schooldirectie en naar wat door de medewerker zelf nog als helpend wordt ervaren”, mailt hij. “Blijven de uren over dan wekt dat onterecht de suggestie dat er tijd over is.”
AOb-onderhandelaar Bodegraven wijst op de cao-tekst. “Daar staat drie keer alle activiteiten die…of bijdragen aan. Werknemers moeten dus bij zichzelf nagaan wat hen helpt om op een gezonde manier hun werk te doen. Als het jou helpt om hard te lopen, dan is dat mogelijk in deze uren. Je mag zelf weten hoe je de uren besteedt.”
Bodegraven plaatst wel een kanttekening. “Dat je deze uren breed kunt inzetten betekent niet dat ze vrijblijvend zijn. Je moet wel je bekwaamheid op peil houden. Dus als je alle 123 uur besteedt aan hardlopen, kom je in de knel met de individuele professionalisering.”
Je moet wel je bekwaamheid op peil houden
Het budget opsparen
Combinaties maken, is wel mogelijk. “Je kunt scholing doen en een deel aan sport of een andere activiteit besteden die jou duurzaam aan het werk houdt.” Het budget opsparen is een andere optie. “Dat kan alleen als je het van te voren met je leidinggevende bespreekt”, zegt Bodegraven. “Ik zou zeggen dat dit altijd een goed idee is om te doen.”
'Het rennen helpt mij overeind te blijven’
Vso-docent Wilbert Bekkema (45) begon met een wandeling en rent nu wekelijks 60 tot 70 kilometer.
Wilbert Bekkema loopt hard